Wereld gaat open voor Sampsted in Twente: "In Noorwegen moest alles per vliegtuig"

Voor Alfons Sampsted is leven in Nederland een hele openbaring. De rechtsback van FC Twente groeide op in IJsland en voetbalde in Zweden en Noorwegen. Heel noordelijk dus, vaak zelfs op plekken waar het vaker donker dan licht is. In IJsland is zonlicht echt een schaarste, vooral in het noorden.

"In de winter heb je in het noorden hooguit drie of vier uur zonlicht per dag", vertelt Sampsted tegenover TC Tubantia. "De uitdrukking 'Scandinavische depressie' bestaat niet voor niets. Het grootste deel van de dag is het hartstikke donker. Voor mensen die er niet mee zijn opgegroeid, is deze periode heel zwaar. Voor mij is het normaal, ik kan er ook goed tegen omdat ik niet anders weet. Maar ik moet zeggen: ik vind het ook wel lekker dat het hier in Nederland overdag gewoon licht is in de winter. En die vele regen? Ach, op IJsland regent het ook altijd."

Begin 2020 zocht hij het nog noordelijker op dan IJsland. Hij vertrok naar Bødø, een plaatsje in het noorden van Noorwegen boven de poolcirkel, om voor Bødø/Glimt te gaan spelen. "Bodø is een geïsoleerde stad. Voor de dichtstbijzijnde wedstrijd moet je acht uur met de bus. Oslo ligt op zeventien uur rijden. Daarom deden we ook alles met het vliegtuig", zegt de 24-jarige rechtsback.

"Eigenlijk was elke uitwedstrijd een soort van Europacup-uitje. Je gaat een dag van tevoren weg, en je komt een dag na de wedstrijd terug. En dan kom je hier in Nederland en dan is alles met de auto binnen handbereik. Je hebt daardoor het gevoel dat je hier veel meer onderdeel bent van een groter netwerk. In het noorden van Noorwegen leek het wel of je in een ander land woonde", besluit Sampsted.